van Hoochsaet naar Hoogzaad... van verleden naar heden
Deze website biedt uitgebreide informatie over twee verschillende stambomen van de familie Hoogzaad. Op deze startpagina kun je daar meer over lezen. Nadat je je hebt aangemeld, zie je naast gegevens over personen ook fraaie grafische presentaties van hun stambomen.
Aanmelden
Na aanmelden kan iedere bezoeker een deel van de gegevens zien. Vul bij zowel gebruikersnaam als wachtwoord "demo" in. Gegevens van personen die nog in leven zijn worden dan niet getoond.
Registratie
Iedereen die een vader of een moeder heeft met de naam Hoogzaad kan zich registreren als gebruiker van de website en krijgt na acceptatie toegang tot alle gegevens van personen in de stambomen. Ga naar Aanmelden en kies daarna Registreer als nieuwe gebruiker. Na het invullen en versturen van het formulier ontvang je bericht van mij.
In 1499 de eerste officiële vermelding van hofstede “de Hoochsaet”.
1n 1657 werd Catrina Hooghsaet (Trijn Jans.) door Rembrandt geschilderd.
In 1700 zijn Nicolaes Wittepaert en Philips Hoogsaet eigenaar van Catschip “het Hoogsaet".
In 1986 start Gerard Hoogzaad zijn stamboomonderzoek en in 1996 neemt Nico Hoogzaad dit over.
Ook al bestaat de familie Hoogzaad uit twee verschillende stambomen, hun oorsprong is dezelfde. Beide zijn in de 16e eeuw ontstaan in Hoogwoud op landgoed “de Hoge Sate”, waarop eind 15e eeuw hofstede “de Hoochsaet” gebouwd werd.
De eerste stamboom ontstond rond 1545. Pieter Pietersz. trouwde met Maritgen Pieterse. en gingen op hofstede “de Hoochsaet” wonen. Het bijbehorende landgoed landgoed “de Hoge Sate” werd door hen gepacht. Hun zoon Dirck Pietersz. Hoochsaet, hij was de eerste die deze naam droeg, vertrok rond 1600 met zijn gezin naar Amsterdam. Zo ontstond daar de Amsterdamse doopsgezinde stamboom Hoogzaad. Voor die tijd waren zijn ouders overleden. Van deze familie Hoogzaad zijn na 1756 geen nazaten bekend.
De tweede stamboom ontstond rond 1580 door het huwelijk van Jacob Allertss. met IJd Jacobsdr. en zij het landgoed “de Hoge Sate” gingen pachten en gingen wonen op hofstede “de Hoochsaet”. Vanaf dat moment heette hij Jacob Allertsz Hoochsaet en was de eerste stamvader van de rooms-katholieke Westfriese stamboom van de familie Hoogzaad. Deze familie komt bijna uitsluitend in Nederland voor.
Catrina Hooghsaet, in 1607 geboren in Amsterdam, was de dochter van kompasmaker Jan Dircksz Hooghsaet en Femmetje Jans Brandaris en de kleindochter van Dirck Pietersz Hoochsaet die met zijn gezin naar Amsterdam verhuisde. Catrina trouwde driemaal. Haar tweede huwelijk met een rijke lakenkoopman verliep niet harmonieus en na een voor die tijd zeer ongebruikelijke scheiding van tafel en bed liet zij zich, niet onbemiddeld, door Rembrandt portretteren. Het schilderij is nog steeds in Engelse handen.
Bijzonder is dat van onze oudste stamvader weinig bekend is, terwijl van zijn vrouw IJd Jacobsdr. zowel haar begraafdatum als haar graf bekend is. Zij werd op 6 januari 1626 in de Nederlands Hervormde Kerk te Hoogwoud begraven samen met haar eerder overleden dochter Trijn en een nog steeds onbekend ‘familielid’ Arent Corneliss. die later overleden is. Over deze IJed, IJda of IJd Jacobsdr. bestaat een mooie legende.
In 1710 voer Catschip "het Hoogsaet" vanuit Amsterdam richting Baltische Staten door de Oostzee naar Riga. Op de terugweg werd het schip door de Zweedse Admiraliteit geënterd en opgebracht naar Karelsberg en daar in de haven aan de ketting gelegd. Pas na lange onderhandelingen over werd in 1715 het schip en bemanning vrijgekocht, maar de waardevolle lading was inmiddels verkocht. Dit Catschip was bzit van de reders Nicolaes Wittepaert en Philips Hoogsaet uit Amsterdam.
Over de boerenknecht Jan Willemsz Hoogzaad die bij een zieke herenboer ging werken is een bijzondere levensloop te vertellen. Na het overlijden van zijn baas trad Jan in het huwelijk met de weduwe en kreeg hij de rol van herenboer. Hij was 29 en zijn vrouw 58 jaar. Alleen miste hij het daarbij behorende zakelijk inzicht en gedrag. Hij voelde zich heer van stand en wilde geen boer meer zijn. Hij verkocht de boerderij met toebehoren en werd koopman. Hij kocht en verkocht zaken in ijzerwaren in zowel Hoorn als Amsterdam, waar hij steeds geld op moest toeleggen en veel geld verloor. Na het overlijden van zijn vrouw in 1869 in Schagen verhuisde hij naar Utrecht. Daar werd hij spoorwegwachter en trouwde met Antje de Ruiter.
Komt hieronder je achternaam voor en wil je meer weten of iets doorgeven.
Neem dan a.u.b. contact met me op en geef aan wat je relatie is met deze familie.
Je hebt recht om informatie op te vragen over de persoonlijke gegevens die op de website staan. Als je onjuistheden tegenkomt of aanvullingen hebt, neem dan altijd contact met me op.